woensdag 1 december 2021

Nieuwe plagen

Vandaag de start van een nieuwe serie bijdragen waarin ik niet alleen aandacht zal besteden aan de grote plaag van vandaag de dag, maar ook aan andere nieuwe plagen.

Als eerste een toevoeging voor het Gele Boekje na OK en oud-politici het derde woord onder de O:

ondernemer

Het woord ondernemer lijkt eenzelfde lot beschoren als manager een aantal jaren terug. Overal duikt het woord tegenwoordig op. Her en der wordt de ondernemer voorgespiegeld als zijnde de nieuwe Hercules, held van deze tijd. Alsof de noodgedwongen zelfstandig geworden postbodes en pakjesbezorgers de wereld zullen redden. Politiek en media hebben de ondernemer prominent op de agenda geplaatst. Regelgeving, fiscale regelingen voorop, moeten het ondernemersklimaat bevorderen. Het scheelt net niks of de ondernemer mag standaard gebruik maken van de busbaan. Het lijkt erop dat niemand meer in loondienst werkt. Vroeger had je arbeiders en bazen. Sommige van die bazen groeiden uit tot ondernemers (eindbazen). Anthony Fokker, Albert Plesman, Frans Swarttouw, Paul Fentener van Vlissingen, de Dreesmans of Brenninkmeijers, dat waren ooit enkele van de bekende namen van de 'captains of industry' in ons land, daar paste het predicaat ondernemer. Dat waren mannen waarvan je vermoedde dat ze hun partijtje meebliezen in het wereldorkest.
De bakker op de boek, de buurtsuper, de schilder, de makelaar en de loodgieter, dat waren kleine zelfstandigen of 'middenstanders'. De rest van de bevolking was gewoon arbeider, loonslaaf. Samen met industriële bedrijfstakken als scheepsbouw, textiel en machinebouw verdween de arbeider (althans in naam) naar China en andere delen van het Verre Oosten. De 'dikke-deur' van Pipo was niet direct een sympathiek personage, maar beter te verteren dan de ondernemer van tegenwoordig nu iedere onbenul, met of zonder bedrijfskapitaal of personeel, die 'social-media-content' produceert als of hij lijdt onder Montezuma's revenge, zich er met enig dedain op laat voorstaan ondernemer te zijn en meent daaraan bijzondere privileges te kunnen ontlenen.