
De troonopvolging - deel 4

Of een kind nu in de jungle van het Amazonewoud, op het zand van de Sahara of op de Mongoolse steppe wordt geboren, de heersende opinie is dat hij of zij naar school moet kunnen, zich moet kunnen ontwikkelen, groeien en losmaken uit de traditie. Beschaving en vooruitgang heet het als hun leefomgeving wordt verwoest en hun levenswijze verdwijnt. Dat ze er met een beetje lezen en schrijven niet komen bewijzen de kansarmen in de talloze sloppenwijken en shantytowns overal ter wereld. Eenmaal geproefd hebbend van de appel der kennis is de weg terug naar een traditioneel leven in stamverband vaak voorgoed afgesneden. Er is een taboe ontstaan rond 'primitieve' leefwijzen, vanuit ons standpunt is het leven er hard, meedogenloos en kansarm. Voor zij die er in opgroeien is het het enige leven dat zij kennen, anders maar niet per se beter of slechter dan het leven dat wij kennen. De kennis die ze werkelijk nodig hebben om te overleven is die omtrent hun natuurlijke omgeving, schoolse vaardigheden zijn er vrijwel nutteloos terwijl ze voor ons onontbeerlijk zijn.
Kortom, ieder pygmeeën-, inuit- en mongolenkind moet opgestuwd in de vaart der volkeren, ongeacht de consequenties. Maar heeft u wel eens stilgestaan bij het kinderleed dat het koningshuis met zich meebrengt? Wat het betekent om als prins of prinsesje geboren te worden? Het lijkt een sprookje en materieel zal het hen aan niets ontbreken, maar geestelijk en sociaal is er het koninklijk isolement. Waar we traditie en geïsoleerd leven elders zo verfoeien en trachten te beschaven, daar koesteren we in eigen land het koninklijk stamverband waar kinderen vastgeklonken zitten in een erfelijk bepaalde maatschappelijke positie, die ze verhinderd het leven te leiden van gewone kinderen.


Geen opmerkingen:
Een reactie posten